Regio Foodvalley, AgriFood
Capital en Greenport Venlo
Bob Vostermans (burgemeester Beesel), Maarten Jilisen (wethouder Land van Cuijk) en René Verhulst (burgemeester Ede, voorzitter Regio Foodvalley, vicevoorzitter FoodNL) overhandigden in Berlijn een informatiekaart over FoodNL aan minister Christianne van der Wal.
© Regio Foodvalley
Vertegenwoordigers van de regio’s overhandigden in Berlijn een informatiekaart over FoodNL aan minister Christianne van der Wal. Tijdens de Grüne Woche zijn ook contacten gelegd met andere Europese regio’s. Er wordt door Regio Foodvalley al internationaal samengewerkt met regio’s in Denemarken en Zweden. “Wil je in aanmerking komen voor Europese funding, dan is een consortium van regio’s nodig”, legt Zwanenburg uit. “De slagingskans is groter als ook wordt samengewerkt met regio’s uit Oost- en Zuid Europa.”
Toch gaat internationale samenwerking niet alleen om het binnenhalen van subsidies, laat Zwanenburg weten. “We kunnen erop aansturen dat er voor bepaalde vraagstukken een loket wordt ingesteld in Brussel. Het werkt krachtiger als zo’n signaal vanuit meer landen en regio’s afkomstig is.” Daarnaast is er nauw contact met het Comité van de Regio’s, dat als belangrijk adviesorgaan van de Europese Commissie invloed heeft op Europese wetgeving. “Zo zijn we nu onder meer bezig om het Comité te voeden met kennis vanuit Regio Foodvalley. En we hebben het netwerk inmiddels zo op orde, dat bij ons vanuit Brussel ook vragen binnenkomen, bijvoorbeeld om met een delegatie in de regio te komen kijken.”
Leerlingen van basisschool De Dorpsbeuk uit Scherpenzeel hebben wortelen, pastinaak en prei geoogst en geproefd van palmkool en boerenkool.
Zowel de school als de teler was enthousiast over het project. “Een goede begeleiding is wel belangrijk”, heeft Weggen gemerkt. “Er zijn telers, koks en vrijwilligers nodig.” De Scherpenzeelse kinderen gaan nog koken met de groenten van de tuinderij. “En ze zijn uitgenodigd om nog eens langs te komen bij ’t Struykgewas, dan mogen ze helpen aardappels te rooien.” Het project Keukenkanjers is een samenwerking tussen Smaaklessen van de Wageningen University & Research (WUR), Stichting Kids University for Cooking (Venlo) en Stichting Smaakcentrum (Cuijk). Het is de bedoeling om straks in elke Nederlandse gemeente op een wetenschappelijk onderbouwde manier les te geven over gezonde voeding.
Project Keukenkanjers
Een project waarin de drie regio’s letterlijk bij elkaar in de keuken kijken, is het project Keukenkanjers. Daarin beleven kinderen de waarde van gezonde voeding, door te zien, voelen, ruiken en proeven. Het programma omvat een bezoek aan een teler, een kookworkshop en theorielessen over voeding. De ervaring die in Greenport Venlo met het project is opgedaan, wordt door de samenwerking in FoodNL ook ingezet in de andere twee regio’s. In Regio Foodvalley heeft Scherpenzeel deelgenomen aan een pilot van het voedseleducatieproject.
Leerlingen uit groep 5 en 6 van basisschool De Dorpsbeuk zijn op bezoek geweest bij nabijgelegen Tuinderij ’t Struykgewas. “De kinderen hebben wortelen, pastinaak en prei geoogst en geproefd van palmkool en boerenkool. Ze hebben veel gezien en stelden veel vragen aan de tuinder, het was een hele leuke middag”, zegt Enneke Weggen, vanuit de gemeente Scherpenzeel betrokken bij de pilot. “Kinderen leren zo waar voedsel vandaan komt en wat je ermee kunt. Weten wat goede voeding is, vormt een begin van leren zorgen voor jezelf.”
Efficiënt
Het gezamenlijke bezoek aan Berlijn heeft de regio’s nieuwe contacten opgeleverd. De Grüne Woche, die elk jaar in januari in Berlijn wordt gehouden, is de grootste internationale agrofoodbeurs van Europa. De beurs wordt niet alleen bezocht door voedselproducenten, maar ook door regio’s uit verschillende delen van Europa. “De hele landbouw- en foodwereld is daar aanwezig”, zegt Zwanenburg. “Bedrijfsleven, politiek en NGO’s, doordat iedereen er is kun je in korte tijd heel efficiënt contacten leggen en gesprekken voeren.” Burgemeesters en wethouders uit de regio’s reisden in dezelfde trein naar Berlijn als minister Piet Adema. “Die hadden we dus al gesproken voordat we er waren.”
Zwanenburg merkt dat er een verschuiving plaatsvindt in de Brusselse landbouwagenda. “Gezondheid wordt steeds belangrijker”, constateert hij. “Agrifood wordt veel meer dan voorheen vanuit de consument bekeken. Het gaat over mensen beschermen en helpen bij voedselvraagstukken. Dat maakt waar wij mee bezig zijn alleen maar relevanter. Uiteindelijk komt het allemaal ten goede aan de inwoners van de regio’s.”
Verdiepen en verbreden
Een goede lobby in Brussel is een kwestie van een lange adem, weet Zwanenburg. “De timing is heel belangrijk”, zegt hij. “Je moet kunnen identificeren wat er op welk moment kansrijk is.” De komende periode wordt verder gewerkt aan het verdiepen en verbreden van de samenwerking en het uitbreiden van het internationale netwerk. “In juni volgend jaar zijn de Europese verkiezingen”, geeft Zwanenburg aan. “Het beleid voor de komende zittingsperiode wordt nu voorbereid. Het is dus van belang om in Brussel met mensen te spreken die daarmee bezig zijn.” De contacten tussen de drie regio’s onderling leveren op zichzelf ook voordeel op, ziet Zwanenburg. “Zo wordt er uitgewisseld hoe nationale vraagstukken in de regio’s worden opgepakt, zoals de gebiedsgerichte aanpak uit het Nationaal Programma Landelijk Gebied.”
“Tijd en energie kun je beter bundelen in een gezamenlijke lobby, dan steeds opnieuw uitleggen dat we als verschillende regio’s met hetzelfde bezig zijn”, stelt Zwanenburg. “Om onderscheidend te zijn in Brussel, moet je focus hebben”, verklaart hij de toespitsing van de samenwerking op de twee thema’s. In zijn rol kan Zwanenburg in Brussel onder de aandacht brengen waar de regio’s op dit moment mee bezig zijn. “Vanuit FoodNL is de positie van Regio Foodvalley goed in te bedden in het grotere geheel”, zegt hij. Tegelijkertijd houdt elke regio een eigen karakter. “In Regio Foodvalley speelt de aanwezige kennis een grote rol. En samenwerkingen, zoals op het gebied van voeding en gezondheid rond Ziekenhuis Gelderse Vallei, vormen een mooie showcase.”
Regio Foodvalley, AgriFood Capital uit Noord-Brabant en Greenport Venlo uit Noord-Limburg, brachten begin dit jaar een bezoek aan de internationale Grüne Woche in Berlijn. De drie regio’s werken onder de naam ‘FoodNL’ internationaal samen aan programma’s rond de innovatiethema’s voedsel & gezondheid en eiwittransitie. “Het mooie is dat er op deze thema’s nu ook tussen de regio’s onderling meer wordt samenwerkt”, zegt Wyno Zwanenburg, die namens FoodNL verantwoordelijk is voor public affairs en de lobby voert in Brussel.
Regio Foodvalley, AgriFood
Capital en Greenport Venlo
Zowel de school als de teler was enthousiast over het project. “Een goede begeleiding is wel belangrijk”, heeft Weggen gemerkt. “Er zijn telers, koks en vrijwilligers nodig.” De Scherpenzeelse kinderen gaan nog koken met de groenten van de tuinderij. “En ze zijn uitgenodigd om nog eens langs te komen bij ’t Struykgewas, dan mogen ze helpen aardappels te rooien.” Het project Keukenkanjers is een samenwerking tussen Smaaklessen van de Wageningen University & Research (WUR), Stichting Kids University for Cooking (Venlo) en Stichting Smaakcentrum (Cuijk). Het is de bedoeling om straks in elke Nederlandse gemeente op een wetenschappelijk onderbouwde manier les te geven over gezonde voeding.
Leerlingen van basisschool De Dorpsbeuk uit Scherpenzeel hebben wortelen, pastinaak en prei geoogst en geproefd van palmkool en boerenkool.
Project Keukenkanjers
Een project waarin de drie regio’s letterlijk bij elkaar in de keuken kijken, is het project Keukenkanjers. Daarin beleven kinderen de waarde van gezonde voeding, door te zien, voelen, ruiken en proeven. Het programma omvat een bezoek aan een teler, een kookworkshop en theorielessen over voeding. De ervaring die in Greenport Venlo met het project is opgedaan, wordt door de samenwerking in FoodNL ook ingezet in de andere twee regio’s. In Regio Foodvalley heeft Scherpenzeel deelgenomen aan een pilot van het voedseleducatieproject.
Leerlingen uit groep 5 en 6 van basisschool De Dorpsbeuk zijn op bezoek geweest bij nabijgelegen Tuinderij ’t Struykgewas. “De kinderen hebben wortelen, pastinaak en prei geoogst en geproefd van palmkool en boerenkool. Ze hebben veel gezien en stelden veel vragen aan de tuinder, het was een hele leuke middag”, zegt Enneke Weggen, vanuit de gemeente Scherpenzeel betrokken bij de pilot. “Kinderen leren zo waar voedsel vandaan komt en wat je ermee kunt. Weten wat goede voeding is, vormt een begin van leren zorgen voor jezelf.”
Bob Vostermans (burgemeester Beesel), Maarten Jilisen (wethouder Land van Cuijk) en René Verhulst (burgemeester Ede, voorzitter Regio Foodvalley, vicevoorzitter FoodNL) overhandigden in Berlijn een informatiekaart over FoodNL aan minister Christianne van der Wal.
© Regio Foodvalley
Verdiepen en verbreden
Een goede lobby in Brussel is een kwestie van een lange adem, weet Zwanenburg. “De timing is heel belangrijk”, zegt hij. “Je moet kunnen identificeren wat er op welk moment kansrijk is.” De komende periode wordt verder gewerkt aan het verdiepen en verbreden van de samenwerking en het uitbreiden van het internationale netwerk. “In juni volgend jaar zijn de Europese verkiezingen”, geeft Zwanenburg aan. “Het beleid voor de komende zittingsperiode wordt nu voorbereid. Het is dus van belang om in Brussel met mensen te spreken die daarmee bezig zijn.” De contacten tussen de drie regio’s onderling leveren op zichzelf ook voordeel op, ziet Zwanenburg. “Zo wordt er uitgewisseld hoe nationale vraagstukken in de regio’s worden opgepakt, zoals de gebiedsgerichte aanpak uit het Nationaal Programma Landelijk Gebied.”
Zwanenburg merkt dat er een verschuiving plaatsvindt in de Brusselse landbouwagenda. “Gezondheid wordt steeds belangrijker”, constateert hij. “Agrifood wordt veel meer dan voorheen vanuit de consument bekeken. Het gaat over mensen beschermen en helpen bij voedselvraagstukken. Dat maakt waar wij mee bezig zijn alleen maar relevanter. Uiteindelijk komt het allemaal ten goede aan de inwoners van de regio’s.”
Vertegenwoordigers van de regio’s overhandigden in Berlijn een informatiekaart over FoodNL aan minister Christianne van der Wal. Tijdens de Grüne Woche zijn ook contacten gelegd met andere Europese regio’s. Er wordt door Regio Foodvalley al internationaal samengewerkt met regio’s in Denemarken en Zweden. “Wil je in aanmerking komen voor Europese funding, dan is een consortium van regio’s nodig”, legt Zwanenburg uit. “De slagingskans is groter als ook wordt samengewerkt met regio’s uit Oost- en Zuid Europa.”
Toch gaat internationale samenwerking niet alleen om het binnenhalen van subsidies, laat Zwanenburg weten. “We kunnen erop aansturen dat er voor bepaalde vraagstukken een loket wordt ingesteld in Brussel. Het werkt krachtiger als zo’n signaal vanuit meer landen en regio’s afkomstig is.” Daarnaast is er nauw contact met het Comité van de Regio’s, dat als belangrijk adviesorgaan van de Europese Commissie invloed heeft op Europese wetgeving. “Zo zijn we nu onder meer bezig om het Comité te voeden met kennis vanuit Regio Foodvalley. En we hebben het netwerk inmiddels zo op orde, dat bij ons vanuit Brussel ook vragen binnenkomen, bijvoorbeeld om met een delegatie in de regio te komen kijken.”
Efficiënt
Het gezamenlijke bezoek aan Berlijn heeft de regio’s nieuwe contacten opgeleverd. De Grüne Woche, die elk jaar in januari in Berlijn wordt gehouden, is de grootste internationale agrofoodbeurs van Europa. De beurs wordt niet alleen bezocht door voedselproducenten, maar ook door regio’s uit verschillende delen van Europa. “De hele landbouw- en foodwereld is daar aanwezig”, zegt Zwanenburg. “Bedrijfsleven, politiek en NGO’s, doordat iedereen er is kun je in korte tijd heel efficiënt contacten leggen en gesprekken voeren.” Burgemeesters en wethouders uit de regio’s reisden in dezelfde trein naar Berlijn als minister Piet Adema. “Die hadden we dus al gesproken voordat we er waren.”
“Tijd en energie kun je beter bundelen in een gezamenlijke lobby, dan steeds opnieuw uitleggen dat we als verschillende regio’s met hetzelfde bezig zijn”, stelt Zwanenburg. “Om onderscheidend te zijn in Brussel, moet je focus hebben”, verklaart hij de toespitsing van de samenwerking op de twee thema’s. In zijn rol kan Zwanenburg in Brussel onder de aandacht brengen waar de regio’s op dit moment mee bezig zijn. “Vanuit FoodNL is de positie van Regio Foodvalley goed in te bedden in het grotere geheel”, zegt hij. Tegelijkertijd houdt elke regio een eigen karakter. “In Regio Foodvalley speelt de aanwezige kennis een grote rol. En samenwerkingen, zoals op het gebied van voeding en gezondheid rond Ziekenhuis Gelderse Vallei, vormen een mooie showcase.”
Regio Foodvalley, AgriFood Capital uit Noord-Brabant en Greenport Venlo uit Noord-Limburg, brachten begin dit jaar een bezoek aan de internationale Grüne Woche in Berlijn. De drie regio’s werken onder de naam ‘FoodNL’ internationaal samen aan programma’s rond de innovatiethema’s voedsel & gezondheid en eiwittransitie. “Het mooie is dat er op deze thema’s nu ook tussen de regio’s onderling meer wordt samenwerkt”, zegt Wyno Zwanenburg, die namens FoodNL verantwoordelijk is voor public affairs en de lobby voert in Brussel.